Sinds medio september 2021 is er een nieuw pastoraal team voor de parochies in de gemeente Gulpen-Wittem, te weten Gulpen, Wijlre, Epen, Slenaken, Mechelen, Nyswiller, Wahlwiller en Eys. Pastoor deken Paul Bronnenberg is aangesteld als pastoor en kapelaan Marthoma en kapelaan Siju als zijn assistanten. Kapelaan Marthoma is het aanspreekpunt voor Epen, Mechelen en Slenaken. Kapelaan Siju zal het aanspreekpunt voor de parochies van Eys, Nijswiller en Wahlwiller worden. We stellen kapelaan Marthoma graag even aan u voor.
De wieg van de nu 33-jarige Marthoma stond in het kleine kustplaatsje Trivandrum in het zuiden van India. Hij groeide daar als oudste van drie kinderen (nog een broer en zus) op in een belijdend rooms-katholiek gezin. Dat wekt wel enige verbazing, want het immens grote land India staat bij velen van ons toch bekend als een overwegend hindoe-land. Toch? Onze kapelaan kan die verbazing wel begrijpen, maar geeft er een plausibele verklaring voor:
“Ruim 500 jaar geleden deden de Oost-Indiëvaarders uit Europa ook onze zuidelijke kusten aan en brachten tevens missionarissen uit met name Portugal en België naar onze streken toe. Die missionarissen hebben ons met het christendom vertrouwd gemaakt. Daarom zijn er veel katholieken woon- en werkzaam aan de zuidelijke kust. In de rest van India en dan vooral in het noorden, overheerst inderdaad het hindoeïsme.”

Marthoma voelde zich al op vrij jonge leeftijd aangetrokken tot het priesterschap. Volgens hem had dit alles van doen met het feit dat hij in zijn parochie te maken kreeg met uitstekende voorgangers. Die priesters waren heel sociaal bezig, reikten de minder bedeelden de hand en hadden duidelijk het sociale hart op de goede plek. Dat wilde hij ook wel. Hij schroomde dan ook niet om als 15-jarige te kiezen voor een studie op het klein seminarie in de buurt.
Een pastorale loopbaan binnen zijn Indiase roots leek in het verschiet. Maar plots verscheen in 2013 bisschop Wiertz uit het Nederlandse Roermond op zijn seminarie. Hij had een dringende vraag: “Ik heb in mijn bisdom een schrijnend tekort aan priesters. Is dat niet iets voor jullie?” Het leek Marthoma wel mooi om als ‘missionaris’ in den vreemde de helpende hand te reiken. Nederland had bij hem daarbij meer krediet dan bijvoorbeeld Rome. Daar zou hij beslist ‘ondersneeuwen’ in de massa en dat was het laatste dat hij wilde. Hij prefereerde kleinschaligheid met een veelheid aan persoonlijke contacten met de mensen/parochianen. Uit de verhalen van bisschop Wiertz leek dat in zijn bisdom wel verzekerd en dus zwichtte hij en vertrok naar het nog onbekende Nederland om in Rolduc zijn priesterstudie af te ronden. Van die keuze heeft hij nog steeds geen spijt. De aanvankelijke taalbarrière heeft hij thans overwonnen en hij kan uitstekend een gesprek in de Nederlandse taal voeren. “Dat is ook noodzakelijk wil ik in een parochie kunnen integreren en mijn taak naar behoren uitvoeren”, pareert Marthoma zelfbewust. Gevraagd naar die taak geeft hij aan nog steeds zoekende te zijn naar de juiste richting. Zijn taak zal in elk geval een andere invulling krijgen als in ‘zijn’ India. Daar gaan nog veel mensen naar de kerk, omdat het een sociaal gebeuren is en iedereen daar bij wil horen. Niemand vraagt zich af, waarom je ter kerke gaat. In Nederland ligt dat zijns inziens duidelijk anders. Hier vindt Marthoma de mensen kritischer. Die vragen naar de betekenis en bedoelingen van kerkelijke rituelen en diensten. De mensen nemen niet alles voor zoete koek aan. Vandaar ook de lege kerken. “Daar moet ik dus op inspelen en dit betekent dat ik veel energie zal moeten steken in het ontmoeten en gesprekken voeren met mensen. Zo was ik recentelijk bij de Sinterklaasviering in Slenaken. Daar kwam ik aan de praat met een vader en moeder die hun kindje wilde laten dopen. Ze wilden graag iets meer over de betekenis van het Doopsel horen. Ze waren wel zelf gedoopt, maar wisten er toch het exacte niet van. ‘Met hen heb ik daarna een fijn gesprek gehad en dat is precies wat ik wil’, licht Marthoma zijn doelstelling toe. Door de corona-pandemie is de kapelaan vooralsnog beperkt in het ontplooien van die ontmoetingsactiviteiten, al heeft hij in Mechelen toch al een vergadering van de Carnavalsvereniging De Breuzelére bijgewoond. Ook twijfelende of uit de kerk gestapte parochianen hoopt hij te enthousiasmeren met zijn aanpak. Per slot van rekening moet ook zijn naam MARTHOMA daar borg voor staan. Zijn uitleg: “MAR staat in het Armeens voor DE HEER. THOMA staat voor THOMAS de ongelovige zoals iedereen die spreekwoordelijk kent. Nou, ik was ook als twijfelaar onderweg om DE HEER te vinden en heb HEM inderdaad gevonden. Het is het proberen waard om ook anderen dit te kunnen laten ervaren!”, sluit de kapelaan zijn voorstellingsronde af.
Door Leo Jaspers
Geef een reactie